Ik werd wakker op de sofa bij het raam. Mijn moeder had een dekentje over me heen gelegd. Ze zat naast me en streek met haar hand door mijn haren. De geur van de oven hing in huis. Mijn moeder drukte haar lippen op mijn voorhoofd en liep naar de keuken.
Ik klom omhoog en staarde over de rugleuning de tuin in. Met mijn vijf jaar oude wijsvinger maakte ik een gat in de condens. Het had gesneeuwd die nacht en het maagdelijke sneeuwdek was verstoord door voetstappen. ‘Papa,’ schreeuwde ik. Ik rende naar de voordeur. Op de mat lag een zelfde witte envelop als het voorgaande jaar. Mijn moeder bewaarde zijn brief. De envelop, die ik onder mijn matras bewaarde, had ik het afgelopen jaar bijna iedere dag bekeken.
Mijn moeder wreef met haar mouw langs haar ogen, toen ik de envelop aan haar gaf. Vol verwachting keek ik haar aan. ‘Komt papa thuis?’
‘Papa schrijft dat hij heel veel van je houdt, Timo. Maar hij kan niet hier zijn met Kerst. En dat spijt hem heel erg, want hij zou nergens liever willen zijn dan bij jou.’
Teleurgesteld ging ik weer op de bank zitten.
Mijn moeder liep naar de Kerstboom, die we samen hadden versierd. Omdat mijn vader er niet was, had mijn moeder me opgetild. Zo kon ik, net als twee jaar eerder, de piek in de boom steken. Ik was trots op de boom die we onmogelijk nog mooier hadden kunnen versieren. Maar toch had die boom geen enkele waarde meer. Niet nu ik wist dat papa er niet zou zijn.
Mijn moeder haalde een pakje onder de boom vandaan en legde het op mijn schoot.. Ik duwde het opzij. Ze kwam naast me zitten en drukte me dicht tegen zich aan. ‘Maak je het niet open? Papa heeft het speciaal voor jou opgestuurd.’ Opnieuw zette ze het cadeau op mijn schoot. Even later zat ik met een blik met tinnen soldaatjes in mijn handen.
‘Kijk, zo is papa toch nog bij je,’ zei mijn moeder.
Ik pakte één van de soldaatjes. ‘Papa,’ wees ik.
Mijn moeder knikte en drukte opnieuw een kus op mijn voorhoofd. Haar rode ogen waren vochtig en ze haastte zich naar de keuken.
’s Avonds stopte ik de envelop onder mijn matras. De envelop van het voorgaande jaar was verdwenen, maar ik had nu toch een nieuwe. Ik liet mijn moeder de brief nogmaals voorlezen. Haar stem haperde regelmatig. ‘Volgend jaar is papa er weer,’ beloofde ze toen ze me instopte. Ik glimlachte bij de gedachte dat ik hem dan eindelijk weer zou zien.
Jaren later vond ik de brief die ieder jaar op de deurmat verscheen. Toen besefte ik dat mijn vader voorgoed verdwenen was.
Geef een reactie