Kerstpost

Ik werd wakker op de sofa bij het raam. Mijn moeder had een dekentje over me heen gelegd. Ze zat naast me en streek met haar hand door mijn haren. De geur van de oven hing in huis. Mijn moeder drukte haar lippen op mijn voorhoofd en liep naar de keuken.

Ik klom omhoog en staarde over de rugleuning de tuin in. Met mijn vijf jaar oude wijsvinger maakte ik een gat in de condens. Het had gesneeuwd die nacht en het maagdelijke sneeuwdek was verstoord door voetstappen. ‘Papa,’ schreeuwde ik. Ik rende naar de voordeur. Op de mat lag een zelfde witte envelop als het voorgaande jaar. Mijn moeder bewaarde zijn brief. De envelop, die ik onder mijn matras bewaarde, had ik het afgelopen jaar bijna iedere dag bekeken. Lees verder